4 jaar terug ging mijn vader naar de arts wegens trillen van handen en een slechtere coordinatie bij schrijven. Na onderzoek zei men dat het waarschijnlijk zenuwen waren en wer hij naar huis gestuurd. De klachten bleven.
3 jaar terug kreeg mijn vader een ,wat men toen dacht hartaanval, naar aanleiding van die hartaanval kreeg hij medicatie. Daar reageerde hij allergisch op. Jeuk rode huid, blaren etc.avergestapt op nieuwe medicatie.
Na een maand of twee werd mijn vader steeds verwarder, praatte dingen aan elkaar etc. Volgens de arts was het wederom allergie en de medicatie werd veranderd. Zijn verwarring werd echter steeds groter. Onze argumenten dat het veel te erg was voor allergie, dat het waarschijnlijk iets anders was werden meerdere malen in de wind geslagen. Toen ik uiteindelijk na een een week dagelijks meerdere malen richting ziekenhuis, artsen, huisartsen etc. had gebeld werd hij opgenomen. Aldaar bleek dat mijn vader een tumor had ter grootte van een tennisbal. Wij hadden de keus of nog 2 dagen te leven of opereren waarbij 1 arts er van overtuigd was dat hij het aankon en hem nog goed kwaliteit van leven kon geven. Mijn vader was bijzonder verward maar gaf toch min of meer te kennen geopereerd te willen worden.
De operatie was gelukkig goed geslaagd. De arts gaf mijn vader zeker nog 9 maanden en misschien een hele poos langer. Gelukkig mijn vader en wij konden in ieder geval nog op een waardige manier afschied van elkaar nemen.
Maar daar kwam de maatschappelijk werkster. Zij verwisselde 2 rapporten en gaf mijn vader een rapport waarin stond dat de operatie mislukt was en hij naar huis kon om te sterven. Mijn vader was kapot ervan en toen wij de fout doorkregen was hij niet meer te overtuigen dat hij zeker nog enige en misschien wel veel langere tijd had. Het werd een hele introverte man. Praten wilde hij niet, niet met ons, niet met moeder, niet over zijn ziekte. Gelukkig heeft hij nog wel zijn broer en zwager in Nieuw Zeeland en Brazielie kunnen bezoeken. Na 7 maanden werd hij steeds zieker en weer wilden de artsen niet geloven dat het niet goed ging (Mijn vader was een meester in net doen of het o.k. was als er een arts kwam, daarnaast zag hij er gezond uit) Hoezeer wij ook zeiden dat het weer mis was, wij werden niet gelooft. Toen ik uiteindelijk dreigde om desnoods de hele nacht iedereen te blijven bellen kwam er een speodopname. Hij heeft toen nog een week geleefd.
Het constant niet geloofd worden zit me nu na ruim anderhalf jaar nog steeds dwars. Evenals de fout van de maatschappelijk werkster waardoor mijn vader het idee had dat wij hem allemaal voor de gek hielden. Of hij anders wel had gepraat en we meer contact hadden gehad? Ja dat kan ik natuurlijk nooit met zekerheid zeggen. Maar de boosheid en de teleurstelling en het gevoel dat ik niet genoeg heb kunnen doen. Dat gaat maar niet weg. Zijn r meer mensen met dit soort ervaringen? En hoe hebben zij hun weg gevonden hierin? Ik hoor het graag
Jacq